Bezocht datum

09-10-2021

Het Kleine Loo - VUCHet begon allemaal met niets. Geen bal, geen gejoel, zelfs geen hond die het veld claimde alsof hij er recht op had. Alleen ik, een houten tribune en de wind — de enige supporter die af en toe een zucht liet horen.

Ik zat. Dat was het. Nietsdoen als kunstvorm. Voor me lag het hoofdveld, vers gestreken alsof de grasmat auditie deed voor de Champions League. Een podium, maar zonder acteurs. Geen warming-up, geen klepperende scheenbeschermers, geen verdwaalde flesjes met halflege energiedrank. Er werd niet gevoetbald, en misschien daarom was alles perfect.

Een bord voor deze tribune trok mijn aandacht. Twee pinguïns — jazeker — stonden tegenover elkaar als mascottes van een verloren ijshockeyclub. Tussen hen in: een schild, cijfers en pijlen, als een cryptische schatkaart voor veldzoekers met beperkt richtingsgevoel. Het was zo absurd dat het haast logisch voelde.

Het Kleine Loo - VUC
Ik stond op en slenterde naar veld vier. Daar viel de stilte nog nadrukkelijker op. Eén bal lag hulpeloos in het gras. Verlaten, een stille getuige van zaterdagen vol missers en halve omhalen. Het gras hobbelt er alsof het zijn eigen mening heeft over rechte lijnen en officiële wedstrijden. En daarachter… een molen. Een echte. De wieken draaiden langzaam, alsof ze het verloop van de tijd documenteerden in molentaal. Statig, zwijgend, maar nooit ongeïnteresseerd. Al generaties lang had hij gewiegd op het ritme van de wedstrijden, met zijn wieken als antennes voor polderpassie. Nu sprak hij, eindelijk, als vaste verslaggever van het veld.

Ik begon te fantaseren. Want eerlijk is eerlijk: de werkelijkheid bood weinig tegenwicht.

Het Kleine Loo“Dames en heren, welkom op de plek waar gras niet alleen groeit, maar ook verhalen draagt. Ik ben uw commentator op hoogte: de molen van veld vier. En wat een middag staat ons te wachten...”

Het spel begon. De zon prikte door de wolken als een schijnwerper, gericht op het strijdtoneel. De middenvelder van VUC zette aan, stuiterend als een rammelende kruiwagen vol ambitie.

“Kijk hem gaan! Wat een drive! Alsof hij rechtstreeks uit een donderdags boerenontbijt komt; stevig en vastberaden. Hij passt naar links... daar is de aanvoerder, met meer flair dan een flamencodanser in de regen.”

De bal schoot rakelings langs de paal, en een Haagse ooievaar vloog op. Geschrokken of juichend, wie zal het zeggen?

“Hier gebeurt het, mensen. Geen Champions League, geen miljoenenpubliek, maar pure emotie op een lapje land dat leeft voor het spel. En ik, als molen, draai niet alleen met de wind, nee ik draai mee met elk moment van glorie én gemiste kansen.”

Terug bij het hoofdveld sta ik weer tegenover de houten tribune. Hoe oud zou die eigenlijk zijn? En dat bord met die pinguïns, misschien zijn het de laatste overblijfselen van een geheim genootschap. Spelers die ooit op Antarctica voetbalden met sneeuwballen en hier hun toevlucht vonden. Ze wijzen niet naar velden, maar naar dimensies waar de derde helft eeuwig duurt en de bitterballen nooit opraken.

Het Kleine Loo - VUC
Een half uur later verschenen de eerste spelers. Geen warming-up, geen tactiekbespreking maar gewoon binnenkomen, alsof ze toevallig op hetzelfde tijdstip arriveerden en besloten een balletje te trappen. Scheenbeschermers? Overgewaardeerd. Coach? Vermoedelijk verdwaald in de snackbar, tussen frikandellen en voetbalwijsheden.

De wedstrijd begon zoals kelderklassewedstrijden nu eenmaal beginnen: met verwarring over wie waar hoort te staan, een uittrap die eindigt op veld drie, en een speler die vergeten is dat hij linksback is.

Een kelderklassewedstrijd op dit veld, het voelde misdadig als een braderie in het Louvre. Dit veld verdient publiek, drama, spektakel, en minstens één glijpartij met camera’s erbij.

Nee, deze wedstrijd hoort op veld vier. Daar mag de bal hobbelen, net als de spelers. Daar kijkt de molen mee, knikt goedkeurend als iemand struikelt over een graspollen die 19e-eeuws lijkt. Daar past het spel. Niet perfect, maar heerlijk menselijk.

Ik blijf nog even kijken. De wedstrijd kabbelt voort zoals alleen kelderklassewedstrijden dat kunnen: vol liefde, fouten en onverwachte schoonheid. En ik fantaseer rustig verder. Misschien zijn die pinguïns de echte scheidsrechters. Misschien is de molen een oud-clubvoorzitter in vermomming. En misschien, heel misschien, zijn deze zaterdagen precies wat ze moeten zijn: een ode aan de absurditeit van het gewone.

Het Kleine Loo - VUC

Fotogalerij

  • Het Kleine Loo - VUC
  • Het Kleine Loo - VUC
  • Het Kleine Loo - VUC
  • Het Kleine Loo - VUC
  • Het Kleine Loo - VUC
  • Het Kleine Loo - VUC
  • Het Kleine Loo - VUC
  • Het Kleine Loo - VUC
  • Het Kleine Loo - VUC
  • Het Kleine Loo - VUC
  • Het Kleine Loo - VUC
  • Het Kleine Loo - VUC
  • Het Kleine Loo - VUC
  • Het Kleine Loo - VUC
  • Het Kleine Loo - VUC
  • Het Kleine Loo - VUC
  • Het Kleine Loo - VUC

Deel deze pagina